header banner
Default

In Lagos, die enorme werkstad, is alles moontlik


Het valt chauffeur Anthony Ekpene al niet meer op. Langs een weg die voert door Ikeja, een voorstad van Lagos, en waar hij op slechte dagen zomaar uren vast kan staan in zijn zilvergrijze Toyota, staat met zwarte verf op een betonnen muur gekalkt: ‘This property is NOT for sale, beware of 419.’ Het getal verwijst naar het Nigeriaanse wetsartikel tegen fraude. Dit artikel werd internationaal bekend door internetoplichters die mensen bestoken met slecht geschreven e-mails waarin miljoenen worden beloofd — na een kleine aanbetaling uiteraard. Maar in Lagos gaat ‘419’ dus ook over de verkoop van huizen of grond, zonder dat de eigenaars er erg in hebben. Verbazingwekkend? Nigeria, zegt Ekpene, is een ‘crazy place’. Hier kan alles.

Begin december waarschuwde Wole Soyinka, de Nigeriaanse schrijver die in 1986 de Nobelprijs voor de Literatuur won, in een vlammend betoog nog voor wat hij omschreef als een ‘cultuur van straffeloosheid’ die zijn land kenmerkt. Transparency International plaatste Nigeria op plaats 136 in de wereldwijde corruptie-index: daarmee staat het land op gelijke hoogte met Rusland en Iran. Hoe groot die corruptie is? Eén voorbeeld. Ruim een jaar geleden schreef toenmalig centrale bank-president Lamido Sanusi aan president Goodluck Jonathan dat het Nigeriaanse staatsoliebedrijf NNPC $ 50 mrd aan olieopbrengsten niet had overgemaakt naar de regeringskas. Zo groot, dus.

Land in opkomst

VIDEO: Lagos, Nigeria is Crazy (Largest City in Africa - 25 Million People)
Indigo Traveller

Ondanks de grote corruptie blijft Nigeria groeien: in welvaart en qua bevolking. Nu het bestuur nog

Nigeria is leidend in Afrika — in het slechte en in het goede. ‘Nollywoodfilms’ worden bekeken van Dakar tot Dar es Salaam, Nigeriaanse muziek wordt geluisterd van de Sahara tot in Zuid-Afrika. Nigeria heeft 170 miljoen inwoners en is daarmee het land met de grootste bevolking van Afrika — volgens schattingen van de VN zijn er over 25 jaar meer Nigerianen dan Amerikanen. Ook Lagos explodeert: er wonen nu zo’n 20 miljoen mensen. In 1970 waren dat er nog geen anderhalf miljoen.

Hoogbouw is er amper. Lagos is eindeloos uitgesmeerd over een aantal eilanden en het belendende vasteland. En iedereen, van de straatarme bewoners in de sloppenwijken op het water in Makoko tot de puissant rijke toplaag met villa’s op Banana Island, ondervindt dagelijkse de twee universele ongemakken van de stad: verkeer en elektriciteit. ‘Lagos traffic’ is dramatisch. De combinatie van te veel auto’s, te weinig wegen en nogal elastische verkeersregels maakt dat Lagos consequent vastloopt. Miljoenen mensen wonen in de buitenwijken en werken in het zakendistrict op een van de eilanden. Om vier of vijf uur ’s ochtends vertrekken ze van huis, en eenmaal op hun werk slapen ze nog een uurtje in hun auto op de parkeerplaats: alles beter dan de file.

Maar vooral de onbetrouwbare stroomvoorziening is een schandvlek voor een land dat olie exporteert en dus over een surplus aan energie zou moeten beschikken. Door de gebrekkige infrastructuur, grootschalige corruptie en wanbeleid is het electriciteitsnet zelfs naar Afrikaanse maatstaven nogal gammel. In Lagos valt de stroom voortdurend uit — iedere dag weer. Gevolg: hotels, ziekenhuizen, kerken, scholen, woningen, winkels hebben allemaal een generator staan.

Buiten het hoofdkantoor van UBA Bank in Marina Street, een wit pand van vijftien verdiepingen in het zakencentrum van Lagos Island, staan drie ‘zeecontainers met schoorsteen’. Dat zijn gigantische generatoren, zodat de bank ten alle tijde over elektriciteit beschikt. Maar het blijft omslachtig om telkens zo’n machine te moeten opstarten — de goedkopere en oudere modellen zijn soms ook nog zeer lawaaiig — en bovendien is het duur. Benzine is goedkoop, maar zelfs voor een kleine winkel gaat vaak al 30% van de vaste kosten naar brandstof voor de generator.

Lagos mag een crazy place zijn, het is geen stad van luie mensen. Het is een werkstad: weinig bedelaars, veel mensen met dubbele banen, en stedenbouwkundig geen enkele franje. Nigerianen zelf hebben geen eenduidige verklaring voor hun werkethos. ‘Het is altijd zo geweest’, ‘het zit in ons DNA’, zeggen ze. Of: ‘Nigerianen zijn nu eenmaal vindingrijk’. En ook: ‘we zijn met heel veel en strijden om beperkte middelen. Dat maakt ons competitief.’

Toptalent keert terug naar huis

VIDEO: Lagos Nigeria is beautiful 🏃‍♀️
Blessing Emmanuel

Muinat Atunisse studeerde scheikunde in Lagos, marketing in Londen, had goede banen bij Nigerian Breweries en verzekeraar Hygeia en begon daarna voor zichzelf. De onderste etage van haar ouderlijk huis, in de volkswijk Surulere van Lagos, is omgebouwd tot naaiatelier. Atunisse is sinds dit voorjaar fulltimemodeontwerper. Het gros van haar kleding verkoopt ze online: kleurrijke, semiformele out­fits. Ze beleefde een kleine doorbraak toen een van haar gewaden werd gedragen door een deelnemer aan Big Brother, dat in Nigeria al negen seizoenen draait. ‘Over tien jaar wil ik mijn eigen fabriek hebben’, zegt ze.

In Lagos wemelt het van mensen als Atunisse: hoogopgeleiden die gestudeerd hebben in de VS of Groot-Brittannië die terugkeren naar Lagos en hier aan de slag gaan, al zijn er weinig zoals Atunisse, die een goede baan opgaf om voor zichzelf te beginnen. In de financiële sector, bij de multinationals: in alle hoge functies vind je ‘returnees’.

‘Dit land voelt toch een beetje als het wilde Westen’, zegt Amaechi Okobi. ‘Hier is alles mogelijk.’ Okobi woonde twintig jaar in de VS, waar hij studeerde aan George Washington University en daarna werkte als marketing manager bij cosmeticaconcern Revlon. Okobi woonde in New York en vlak na de aanslagen van 11 september 2001 keerde hij terug naar Lagos. ‘Ik heb er geen dag spijt van gehad.’ Via Heineken, Globacom en Diageo is de twee meter lange Okobi nu hoofd communicatie bij Access Bank. ‘En in de avonduren en weekenden ben ik ook nog “motivational speaker”.’ Betekent dit nu een ommekeer van de braindrain? Misschien wel in finance en het zakenleven, maar nog steeds vertrekt twee derde van de Nigeriaanse artsen naar het buitenland, zo maakte de Nigerian Medical Association vorig jaar bekend. En Okobi? Die is nu bezig om voor zijn zoon een plek op een ‘boardingschool’ uit te zoeken. In Londen.

Modupe Maculay (24) heeft een jaar gestudeerd in Londen en is daarna teruggekeerd naar Lagos. Ze miste de hectiek van de stad, zegt ze op de tweede verdieping van een flatgebouw in Lekki, een redelijk goede wijk aan de oostkant van de stad. Daar verhuurt ze werkplekken aan ICT-ondernemers, met als lokkertje snel internet en gegarandeerde elektriciteit. De fragiele overheid maakt mensen wel initiatiefrijk, zegt ze. ‘We regelen thuis ons eigen water, onze eigen stroom en onze eigen beveiliging. Wanneer de weg beschadigd is, moeten we die met de rest van de straat zelf repareren. We staan er behoorlijk alleen voor: we zijn in feite zelf onze eigen overheid. En dat maakt de mensen wel ondernemend.’

En ontspannen? ‘Dat doe ik vooral thuis’, zegt Maculay. Lagos heeft een aantal strandjes, maar eigenlijk nauwelijks ‘relaxplekken’: geen heuvels met spectaculaire panorama’s over de verlichte stad, geen grote parken of openbare ruimtes — en opvallend weinig winkelcentra. Lagos is bijna overal druk, chaotisch en pulserend. En warm: in Lagos is het vrijwel altijd zo’n 27 graden en redelijk vochtig.

Wel is de stad vermaard om zijn ‘clubbing’: het schreeuwend dure nachtleven dat laat in de avond begint en de hele nacht doorgaat. Onlangs ging op internet een foto ‘viral’ van het bonnetje dat iemand had gekregen na een avondje stappen: 10 miljoen naira (€ 45.000). Die was opgegaan aan Hennessy-cognac en magnumflessen Dom Perignon-champagne in Escape Nightclub aan de Adeola Odeku Street op Victoria Island. Dat is het chique deel van de stad, waar in dezelfde straat ook nog een BMW-dealer, enkele banken en de Chinese ambassade zijn gevestigd. Een straat verderop zit de Porsche-dealer en een zaak van Ermenegildo Zegna, een luxe Italiaans modemerk dat ook een filiaal heeft in de P.C. Hooftstraat en dat colberts verkoopt van € 1550. Vorig jaar bedroeg in Nigeria volgens de Wereldbank het gemiddelde inkomen per hoofd van de bevolking $ 2710.

In Afrika zijn de vooroordelen over Nigerianen dat ze luidruchtig zijn, en arrogant. ‘In Nigeria denken we nooit dat we dingen niet voor elkaar kunnen krijgen’, zegt Segun Odusanya, onderdirecteur van FCMB, een van de grootste banken in Nigeria, in zijn kantoor dat uitkijkt over files op de ring road van Lagos Island en vrachtschepen die richting de haven varen. Ook Odusanya is positief over de vooruitzichten van zijn land. Het staatselektriciteitsbedrijf is vorig jaar geprivatiseerd. ‘Als de stroomvoorziening nu verbetert, kan de economie maar een kan op. Omhoog.’

Nigeria moet twee zaken beter regelen, zegt iedereen in Lagos: power en governance. En als dat eenmaal wordt gefixt? Dubbelcijferige economische groei. ‘We hebben 265 bankkantoren. Die hebben allemaal een generator, en sommige wel twee’, zegt Odusanya. ‘Het geld dat we daaraan besteden, kunnen we niet in onze business steken. Het is cruciaal dat de stroomvoorziening goed wordt geregeld. En de wegen moeten worden opgeknapt.’

Dat blijkt op de weg naar de haven van Lagos, in volkswijk Apapa. Gaten in het asfalt zo groot en diep als eettafels. Bij de haven staat een file van vrachtauto’s, met chauffeurs die soms letterlijk dagen staan te wachten tot ze kunnen laden en lossen. Bij gebrek aan pijpleidingen staan ook tankwagens muurvast op de weg, eindeloos te wachten. En daar tussendoor zwermen brommertjes die voor tweehonderd naira (€ 1) door het wanordelijke verkeer zigzaggen en mensen van en naar de haven brengen. Want de haven is handel. Zoals een Britse medewerker van een containerbedrijf zegt, die iedere dag om half zeven ‘s ochtends in zijn auto zit om naar Apapa te rijden en zelden voor acht uur terugkeert: ‘Nigeria is spannender dan Ghana of Kenya. In Ghana onderhandelen ze bij een container misschien over $ 5. Dat vinden ze hier niet interessant. Hier gaat het om $ 100, of $ 1000.’

En Nigerianen zijn harde onderhandelaar. ‘Ze zijn toegankelijk’, aldus Fedja Canters van FMO, die geregeld in Lagos komt (‘lelijke stad, maar ik ben er toch een beetje van gaan houden’). ‘Nigerianen zijn heel direct, willen graag snel schakelen en hebben humor. Het lijkt in die zin een beetje op Nederland.’ Patrick Onderwater van PK Trucks verkoopt vrachtwagens in Afrika. Hij vindt het lastig om zaken te doen in Nigeria. ‘Ze zijn erg assertief en willen veel, maar qua betaling is het altijd rekken en zeuren. Daarin is Nigeria wel duidelijk moeilijker dan andere landen in West-Afrika.’

In de top van het bedrijfsleven, zo wordt gefluisterd, galmt altijd de lokroep van steekpenningen en is niemand helemaal ‘clean’. De nouveau riche en de politici zullen het hardst worden geraakt door de dalende olieprijs. De naira staat onder druk en de groeiprojecties worden onzeker nu de olieprijs op het laagste punt bungelt in vijf jaar. Hoofd research Afolabi Olowooreke van de Financial Derivatives Company reageert laconiek op die tegenwind. ‘Oliegeld blijft toch vaak hangen bij de politici. Dus als de olieopbrengsten wat minder zijn, dan merkt de gewone Nigeriaan er niet zoveel van. Een zwakke munt zal ook weinig invloed hebben in de grotendeels informele economie.’

Want over de groeivertraging heeft niemand het in Nigeria. Tussen 1996 en 2010 groeide de economie met zo’n 9%, blijkt uit cijfers het IMF. Daarna halveerde de groei, voor 2015 is de groeiraming bijgesteld van ruim 7% naar 5%. Die percentages worden enigszins vertekend door de enorme bevolkingsaanwas. In 1996 waren er 111 miljoen Nigerianen, aldus de Wereldbank, nu 170 miljoen. Eenderde van de bevoking is jonger dan achttien, 60% is onder de 35.

Toch is er de laatste jaren veel verbeterd. In 1999 heeft een bijna eindeloze militaire dictatuur plaatsgemaakt voor democratie. De telecomsector is geprivatiseerd, de bankensector is opgeschoond, het elektriciteitsnet is opengebroken. In Lagos wordt voorzichtig gewerkt aan een ambitieus spoorwegnetwerk. Ondertussen is er de opstand van Boko Haram in het noordoosten en permanente onrust in de Niger delta in het zuidoosten: maar voor de gemiddelde inwoner van Lagos is dat een ‘ver van je bed show’. Hier wordt gewerkt, gedroomd en uitgekeken naar de verkiezingen, zowel op federaal als op landelijk niveau. Lagos hangt vol met posters.

Chauffeur Ekpene overweegt om politicologie studeren. Meer als çarrierekeans’ en niet uit ontevredenheid: zijn inkomen de laatste tien jaar verdrievoudigd. Hij heeft een bankrekening, twee mobiele telefoons en een eigen Toyota - een vertegenwoordiging van de middenklasse die in in rap tempo ontbolstert Lagos. In het weekend rijdt hij bruidsparen rond in een enorme verlengde limousine. Dat hij dagenlang in de file staat, deert hem niet. Zijn plan is om straks, als hij genoeg heeft gespaard, een nieuwe en ruimere Toyota te kopen. Ekpene woont nu zes jaar in Lagos. ‘Ik wil hier blijven’, zegt hij terwijl hij over de Third Mainland Bridge tuft, met een lengte van bijna twaalf kilometer de grootste brug van West-Afrika. ‘Want ik wil geld verdienen. Dat kan in Lagos.’

Sources


Article information

Author: Stephen Walter

Last Updated: 1703183762

Views: 842

Rating: 3.8 / 5 (105 voted)

Reviews: 87% of readers found this page helpful

Author information

Name: Stephen Walter

Birthday: 1917-10-01

Address: 390 Wood Points, Lake Johnbury, MS 74335

Phone: +4684566566280000

Job: Museum Curator

Hobby: Telescope Building, Surfing, Astronomy, Metalworking, Sculpting, Cooking, Rowing

Introduction: My name is Stephen Walter, I am a Colorful, resolute, talented, dedicated, esteemed, Adventurous, clever person who loves writing and wants to share my knowledge and understanding with you.